dar-se bem com (v) (relacionamento) | opschieten met (v) (relacionamento) |
dar-se bem com (v) (amizade) | goed kunnen omgaan met (v) (amizade) |
dar-se bem com (v) (amizade) | kunnen opschieten met (v) (amizade) |
dar-se bem com (v) (amizade) | goed kunnen opschieten met (v) (amizade) |
dar-se bem com (v) (amizade) | een goede verstandhouding hebben met (v) (amizade) |
dar-se bem com (v) (amizade) | bevriend zijn met (v) (amizade) |